Geschiedenis van de Karmel

De Karmel bestaat op onze dagen uit twee afzonderlijke en van elkaar onafhankelijke ordes, de niet-hervormde en de hervormde Karmel. De scheiding dateert van 1593, d.w.z. na de dood van Teresia van Jezus in 1582 en Johannes van het Kruis in 1591.

De niet-hervormde karmelieten waren wat de Zuidelijke Nederlanden betreft, tot aan de Franse Revolutie het talrijkst vertegenwoordigd. Deze oudste tak van de orde wordt de Orde van de Broeders van Onze-Lieve-Vrouw van de Berg Karmel geheten of Onze-Lieve-Vrouwebroeders van de Antieke Observantie. In het Latijn: Ordo Carmelitarum, afgekort O. Carm.

De geschoeiden, zoals deze kloosterlingen ook nog genoemd worden, zijn volledig uit België verdwenen, maar vormen in Nederland tot op vandaag een bloeiende provincie.

De hervormde karmelieten, ook „ongeschoeiden” of „discalsen” genoemd, hebben zich daarentegen zowel in België als in Nederland kunnen handhaven. Deze hervormde tak van de orde, ook Teresiaanse Hervorming genoemd, heet in het Latijn Ordo Carmelitarum Discalceatorum, O.C.D.