Skip to content
Homilie

Homilie Pater Piet Hoornaert 18 februari 2024 : 1ste zondag van de Veertigdagentijd

Er ligt een steen in de woestijn. Hij is hard, groot maar prachtig van kleur.

Homilie Pater Piet Hoornaert 18 februari 2024 : 1ste zondag van de Veertigdagentijd

Mc. 1,12-15 – 2024

De bijbel heeft het over veertig dagen of jaren in de woestijn. Die woestijn heeft zonder twijfel een zekere fascinatie. Zij is een symbool die zowel positieve als negatieve aspecten van je leven oproept.

Woestijn blijkt een plaats van eenzaamheid en illusie.

De woestijn roept eenzaamheid op. Door haar uitgestrektheid is zij onherbergzaam. Je hebt er nauwelijks oriëntatiepunten zodat je er gemakkelijk verdwaalt of ronddoolt. Zo zijn er bv. de “bewegende” zandheuvels door de snijdende wind. Naast de verschroeiende zon overdag en de indringende kou ’s nachts, is er gebrek aan beschutting, aan water en is er nauwelijks groei mogelijk. Je treft enkel wat distels en doornen aan. Het is een gevaarlijke plaats, waar wilde dieren huizen, zoals jakhalzen en slangen.

De woestijn is de ruimte waar de duivel op zijn best is. Er zijn de bekoringen die je bekruipen. Er zijn de compensaties waaraan je bloot staat: gesymboliseerd door het gouden kalf. Het is de plaats waarheen men “vlucht”, omdat men de illusie koestert er in veiligheid te zijn en van alle verantwoordelijkheid in het leven af te zijn. De woestijn is de plaats van de ontevredenheid, het gemor en de nostalgie naar vroeger, van de illusie, het wegdromen of van het achtervolgd worden door je verleden.

Maar ook een kans tot bekering en herbronning.

Maar in de woestijn word je ook teruggebracht tot de diepe stilte, tot het essentiële: je kunt maar weinig bagage meenemen en het arbeiden is moeilijk en lastig. Het verbond van God met de mens komt zo gemakkelijker in alle duidelijkheid naar voor. Zo wordt de woestijn ook een plaats van bekering naar het eerste engagement: bv. bij de profeet Hosea: “God lokt het volk Israël weer naar Hem toe, zorgt dat het naar de woestijn gaat en spreekt tot het hart”. Het verbond “in stenen tafelen gegrift” wordt je gegeven als het kompas van je leven. God strijdt voor jou, trekt met jou mee in vuurzuil en wolkkolom. Hij spreekt met jou van aangezicht tot aangezicht in vriendschap.

Een verhaal ter illustratie. Er ligt een steen in de woestijn. Hij is hard, groot maar prachtig van kleur. Toch ligt hij te jammeren; hij is ongelukkig met zijn omstandigheden: “Ik lig hier zo eenzaam, met alleen maar zand om me heen“. De wind geselt de steen. Het zand schuurt de steen. De zon brandt de steen. En hij moet het maar verdragen.

Hij droomt van andere oorden. Ergens waar de elementen hem niet zo zouden storen. Hij voelt niet het nat dat hem verkwikt. Hij voelt de zon niet die hem droogt en hem behaaglijkheid biedt na een koude nacht.

Zo’n mooie steen heb ik nog nooit gezien.

Op een dag komt een bedoeïen langs op een kameel. Hij ziet de steen, stijgt af en loopt op de steen af en raakt deze zachtjes aan. Hij bekijkt hem van alle kanten. “Wat schittert die steen prachtig in de zon,” zegt hij hardop, “en al die mooie kleuren! Wat is hij mooi en glad door al dat schuren van de wind. De vorm die is ook heel apart. Echt uniek, ik heb nog nooit zo’n mooie steen gezien”. Dan stijgt de bedoeïen op en hervat zijn weg. Blij dat zoiets moois zijn saaie reis even onderbrak. De steen kijkt hem na en is onder de indruk: “Heb ik dat goed gehoord. Vond hij mijn vorm, mijn kleuren en mijn gladheid mooi? En zei hij dat ik uniek was?”

Ja, zo heeft God je mooi geschapen en uniek gemaakt. Hij polijst je in de woestijnfases van je leven. Als de pijnlijke wind in je leven opsteekt, mopper dan niet, maar blijf rustig en weerbaar. Vertrouw erop dat een liefdevolle God in jou aan het werk is! Samen met de bloedhete zon en de kille, striemende regen, draagt die pijnlijke wind bij tot je spirituele ontwikkeling als mens. Woestijnsituaties, pijnlijke omstandigheden, bewust afstand nemen en loslaten: het bevrijdt je tot een godsdienstig leven vol zin en kwaliteit.

In de woestijn is God in jou aan het werk.

De woestijn is oefenbasis om Gods aanwezigheid te speuren, te smaken, te bevechten op de vijandige elementen. De woestijn creëert dus een doorgangsfase: vanuit gehechtheid en zondigheid groei je in deze smeltoven in een geloofshouding, die je daarna in staat stelt het beloofde land dat God je schenkt binnen te gaan.

Elke veertigdagentijd is een uitnodiging om je vast te houden aan de kern van je leven: Christus is onze identiteit. Vastentijd is een uitnodiging om je voor te bereiden op het Paasfeest. Pasen als de ontmoeting met de Verrezene. Door het woord vasten te verbinden met vasthouden aan Jezus, kom je bijna automatisch bij het gebed. Want wat is bidden anders dan die relatie met God beleven: “God, ik keer tot U terug van ganser harte, herschep mijn hart, maak het zuiver.” Het hart heeft te maken met het verborgene, met de binnenkamer, datgene wat alleen voor de Vader openligt.

Jezus vasthouden is ook solidair zijn met je naaste.

Zo is er ook de bekering. Het is op de eerste plaats een zaak van het hart, je innerlijke woning. Is die ruimte open naar ontmoeting toe? De veertigdagentijd is o.a. een tijd van afdalen in je hart om het te laten zuiveren zodat God er binnen kan. Niet alleen in je relatie met God, maar ook in het samenzijn met mensen, word je geconfronteerd met onmacht, met verwarring, met je zelfzucht. Je denkt met een groot liefdesvermogen in het leven te staan. Maar je ontdekt dat je in bepaalde concrete omstandigheden niet in staat bent lief te hebben. Je botst dus op je eigen zwakheid én op je nood aan verlossing. Het is echt nodig dit aanvaarden en te belijden. Dan kan God iets met jou doen.

Vasten is Jezus vasthouden, bidden tot Hem in de stilte van je hart en in de woeling van het leven. Maar we weten ook dat wij soms andere zaken vasthouden. Veertigdagentijd betekent daarom dus ook bekering en daarbij broederlijk delen, onze reële solidariteit met onze medemens. Zo wens ik je een positieve, heilzame vastentijd.