Skip to content
Homilie

Homilie Pater Piet Hoornaert 15 september 2024 : 24ste zondag door het Jaar B

Hij hield intens van het leven. Hij had grote belangstelling voor de natuur, voor de mensen, voor alles wat wij liefde noemen. Daarom was er ook zoveel leven rondom Hem.

Homilie Pater Piet Hoornaert 15 september 2024 : 24ste zondag door het Jaar B

OPENINGSWOORD 

God nodigt ons uit aan zijn mooiste tafel: 
een tafel van gemeenschap van zijn leerlingen, 
de aangenomen kinderen van God de Vader; 
het altaar van de gedeelde liefde en van het eeuwig leven.

Het is Jezus zélf die de centrale plaats inneemt aan die tafel. 
Hij gaat ons voor en toont ons wat het betekent 
om te leven en ons in te zetten voor elkaar.

Want Hem volgen vraagt van ons een concreet engagement. 
Want ons geloof vertaalt zich in hartelijke liefde, 
die we vooral schenken aan mensen die het moeilijk hebben

Laten we daarom groeien in de liefde
en bidden dat God ons hierbij zou helpen.

KYRIE-LITANIE

Heer, Gij zijt onze steun en toeverlaat. Heer, ontferm U over ons.

Christus, Gij geeft uw leven voor ons. Christus, ontferm U over ons.

Heer, uw Geest bewoont en beweegt ons. Heer, ontferm U over ons,

V. Moge de barmhartige God zich over ons ontfermen, onz vergeven en ons geleiden tot het eeuwig leven.

HOMILIE 

Marcus 8, 27-35

In het evangelie stelde Jezus een belangrijke vraag aan zijn leerlingen: “Wie zegt gij dat ik ben?” Stelt Hij die vraag vanuit een verlangen naar beroemdheid? Helemaal niet. Hij stelt ze trouwens alleen aan zijn leerlingen. Zijn enige doel is erachter te komen, of zij ànders over hem denken dan het volk, of zij, met andere woorden, na al die maanden dat ze Hem zijn gevolgd, werkelijk bewust zijn wie Hij is. En inderdaad, ze hebben het door. Dat blijkt toch uit het antwoord van haantje-de-voorste Petrus. Hij heeft begrepen wie Jezus is! Jezus is dé Christus, de Gezalfde, de Zoon van God, de Messias. 

Petrus moet wél zijn plaats kennen.

Met zijn juist antwoord op de vraag van Jezus, weigert Petrus van de andere kant zich neer te leggen bij de wég die deze Gezalfde van God zal afleggen. Hij weigert het lijden te aanvaarden dat de Messias te wachten staat. Jezus is daar erg ontevreden over. Petrus moet zijn plaats kennen, en die is áchter Jezus, niet vóór Hem, zegt Hij. Jézus wijst de weg, of beter nog: Jezus ís de weg, niet Petrus, en zijn weg is de weg van God. Die weg leidt niet over rozen, wel over doornen, letterlijk nog wel. 

Die weg voert Hem naar het beeld dat Jesaja in de eerste lezing van een profeet schetst: het is een beeld van lijden en afzien. Maar de werkelijkheid van Jezus gaat verder dan het beeld van Jesaja: Hij zal ter dood worden gebracht, maar die dood zal niet het einde betekenen, integendeel: Hij zal verrijzen en eeuwig leven. 

Maar éérst moet Hij zijn kruis opnemen. Dat vraagt Hij ook aan zijn leerlingen, aan ons dus: dat we ons kruis opnemen. Het kruis vooreerst van onszelf, van ons egoïsme, onze hoogmoed, onze gebreken. Hem volgen zoals we zijn, niet tot in de dood wellicht, wel tot in de bevrijdende pijn van de zelfverloochening, zodat we ons leven, dus onszelf kunnen geven aan anderen, aan vrede en verzoening, aan liefde zonder grenzen. Zodat we komen tot écht geloof, en dat is een goddelijke gave, waardoor je je kunt toevertrouwen aan de persoon God en wat Hij van zichzelf openbaart. 

De indrukwekkend lijst van Jezus’ inzet. 

Wanneer de leerlingen van Johannes aan Jezus vragen of Hij de Gezalfde van God is, antwoordt Hij: “Ga aan Johannes zeggen wat gij hoort en ziet!” Geen grote woorden, wel een bijzonder concreet programma van inzet, van doen, van helpen wie in nood is, zonder onderscheid in ras of stand of godsdienst. De knecht van de honderdman, de schoonmoeder van Petrus, de lamme die door het dak van het huis naar beneden wordt gelaten, de twee mannen die bezeten zijn door het kwaad, het dochtertje van Jaïrus, de overspelige vrouw … de lijst in eindeloos. Maar allen worden ze geholpen. 

Je zou het kruisaspect verder ook op deze manier kunnen verstaan. Menselijk leven is leren verantwoordelijkheid opnemen en aanpakken, maar op zijn tijd is het leven ook loslaten, of op een nieuwe manier vastnemen. Dat laatste begint al heel vroeg. Een kind dat wil leren lopen, moet de hand van moeder loslaten. Evenzo moet de moeder, juist als ze van haar kind houdt, de hand van het kind loslaten, anders wordt het nooit zelfstandig. Dit loslaten duurt ons leven lang. Wanneer je een religieuze roeping of priesterroeping beantwoordt, een beroep of een levenspartner kiest, moet je veel mogelijkheden loslaten. Veel plannen moet je prijsgeven; de tijd komt dat je de plaats moet ruimen voor jongeren en tenslotte zul je ook je leven moeten loslaten. Rijp, wijs en verstandig word je alleen, als je geleerd hebt los te laten.

Leven en bidden met open handen.

Aanpakken en loslaten, het is moeilijk te zeggen welke van beide houdingen het moeilijkste te leren is. Maar om echt volwassen te worden zou ons leven meer naar de geopende handen moeten groeien. Het is goed als wij deze houding van de geopende handen al vóór onze dood geleerd hebben. Op deze levenservaring haakt het woord van Jezus van winnen en verliezen in. 

Het gaat erom, zegt Jezus, om aan deze twee houdingen van aanpakken en loslaten een zekere richting en innerlijke bestemming te geven. En deze richting ziet Jezus in het leven ten bate van anderen. Wie het geluk van anderen wil bevorderen, zal altijd weer een stuk van zijn eigen leven moeten opofferen. Hij zal ervaren dat dit loslaten wel veel offers kost, maar dat deze offers, - Jezus noemt ze het dagelijks kruis, - niet nutteloos zijn, maar hun zin hebben, omdat ze leven schenken. Je leven uit liefde tot Jezus verliezen door het dragen van je dagelijks kruis: dat is de liefde van God, die dagelijks in vele eurocentjes weggeschonken wordt. 

Dagelijks je kruis opnemen betekent niet: bewust iets zoeken dat het leven zwaar maakt. Het betekent alleen dat je onvermijdelijke negatieve dingen van het leven moedig aanvaardt, omdat je weet dat ook die kruisen zinvol kunnen zijn voor anderen. Jezus heeft het lijden ook niet gezocht. Hij hield intens van het leven. Hij had grote belangstelling voor de natuur, voor de mensen, voor alles wat wij liefde noemen. Daarom was er ook zoveel leven rondom Hem. De lijdende mensen van zijn tijd, de bedelaars, de lammen, de blinden, de bezetenen, de zondaars, zij wilden léven van Hem ontvangen. Jezus is hun oproep tot leven niet uit de weg gegaan. 

Navolging van Jezus is een levenslange opgave.

Die zorg voor de mensen heeft het kruis als gevolg gehad, omdat Jezus daardoor de opvatting over Gods goedheid en de wetten van de samenleving van toen in de war bracht. Zo werd Hij een bedreiging voor de machtigen. De weg naar het kruis was schijnbaar een nutteloze weg. Maar op Paasdag werd het duidelijk dat zich in deze weg naar de dood, het leven openbaarde, dat in dit sterven Gods zorgende liefde zichtbaar werd. Zo werd God ervaren door de honderdman onder het kruis van Jezus : “Waarlijk deze was de Zoon van God”.

Als wij Jezus volgen, als wij zorg en liefde hebben voor de mensen, dan zullen wij het er ook bij moeten nemen dat deze mensen hun lasten op ons leggen. Deze navolging van Jezus leer je niet in enkele dagen. Het is een opgave voor het hele leven. Maar het is een weg naar het geluk, want de verrezen Heer staat er borg voor, dat wie zijn leven zo verliest, het altijd en eeuwig zal winnen. 

 

Voorbeden

V.   Goede en barmhartige God,
Jezus heeft ons geleerd dat wie zijn leven verliest 
het juist zal behouden. 
Dat willen wij geloven en daarom bidden wij in zijn naam:

Lector: 

1. voor alle mensen die lijden 
omwille van uw Zoon en het evangelie, 
voor wie vervolgd worden en hun leven geen dag zeker zijn; 
dat zij daadwerkelijke steun en solidariteit mogen ervaren, 
ook van ons, 
dat zij zich mogen koesteren in uw liefdevolle nabijheid... 

2. voor mensen en organisaties 
die zich inzetten voor vrede en rechtvaardigheid, 
vooral in gebieden waar al zo lang oorlog en geweld heersen; 
dat zij concrete resultaten mogen zien van hun inspanningen, 
dat zij zich gedragen weten door velen die hun werk steunen...

3. voor de kerk en voor allen die tot haar behoren, 
voor zoveel mensen die zich inzetten voor hun naasten; 
dat zij bevestigd mogen worden in hun geloof, 
hoe wankel dat soms ook is, 
dat zij steeds dieper beseffen 
hoe Jezus hun voorgaat op hun levensweg...

4. voor allen die op zoek zijn naar hun identiteit, 
voor zovelen die zich verward voelen 
en niet weten waar hun weg heenleidt; 
dat zij rust en ruimte vinden om te ontdekken wie zij zijn, 
dat zij mensen mogen ontmoeten 
die hen als een gids bij de hand nemen...

V.  God, mét al deze vragen en gebeden 
leggen wij ons leven in uw handen. 
Versterk in ons het vertrouwen 
dat wij ons ware geluk vinden 
in de navolging van Jezus, uw Zoon en onze Heer.